Wat is industriële hennep?
Hennep staat bij de meeste mensen eerder gekend als cannabis, marihuana of wiet. De variant die geen hallucinogene werking heeft en in Vlaanderen in open lucht te telen is, noemen we industriële hennep. Van deze plant worden de zaden, de bladeren, de vezels en de scheven of houtachtige delen gebruikt in zeer diverse toepassingen.
Industriële hennep heeft diverse toepassingen, met de papierindustrie als belangrijkste afnemer van de vezels. Daarnaast wordt hennepvezel in kleinere hoeveelheden gebruikt in de isolatie- en auto-industrie, waar het dient als grondstof voor composietmaterialen die traditionele materialen zoals kunststof, metaal en hout kunnen vervangen. Hennepvezels worden ook gebruikt voor de productie van textiel, zoals kleding. De houtachtige kern van de hennepstengel, de 'scheven', wordt voornamelijk gebruikt als stalstrooisel vanwege zijn sterke geur- en vochtabsorberende eigenschappen. Het zaad en de olie van de hennepplant worden toegepast in zowel dierlijke als menselijke voeding.
Dankzij zijn snelle groei en hoge drogestofproductie is hennep tevens geschikt als energiegewas. Als ligno-cellulosegewas kan hennep gebruikt worden als 2e generatie biobrandstof. Hennep heeft een calorische waarde van 17,917 kJ/kg, wat hoger is dan die van hout (15,000 kJ/kg). Hennep als grondstof voor energie is echter duur in vergelijking met meerjarige gewassen zoals miscanthus of wilg, omdat het (iets) minder opbrengt en en jaarlijks herzaaid moet worden.